05 november 2025 - door Ina De Vlieger
De Europese milieuministers hebben op 5 november 2025 een akkoord bereikt over het EU-klimaatdoel voor 2040. Dit akkoord vormt het onderhandelingsmandaat voor gesprekken met het Europees Parlement en moet ook de EU-inbreng voor COP30 in Brazilië versterken.
Raad Milieu keurt algemene oriëntatie goed over 90%-reductiedoel tegen 2040
Akkoord bevat flexibele mechanismen, een vernieuwde herzieningsclausule en uitstel van ETS2 tot 2028
EU dient haar klimaatbijdrage voor 2035 (NDC) officieel in bij de VN-klimaatconventie
België heeft zich bij de stemming onthouden.
Het Commissievoorstel voor een netto-uitstootreductie van 90% ten opzichte van 1990 blijft behouden, maar de voorwaarden om dat doel te bereiken worden op verschillende punten uitgebreid en versoepeld.
De Raad stemde in met het gebruik van hoogwaardige internationale koolstofkredieten vanaf 2036, tot een maximum van 5% van de netto-uitstoot in 1990. Er komt een pilotfase tussen 2031 en 2035. Daarnaast krijgen lidstaten meer ruimte om binnenlandse, permanente koolstofverwijderingen te gebruiken om moeilijk te vermijden emissies te compenseren.
Ook voorziet het akkoord meer soepelheid tussen sectoren en instrumenten, zodat lidstaten tekorten in één sector kunnen opvangen zonder hun totale vooruitgang te ondermijnen. De Commissie zal daarbij rekening houden met de rol van hernieuwbare, lage- en koolstofvrije brandstoffen in het verduurzamen van de transportsector, om een rechtvaardige en kostenefficiënte overgang te waarborgen.
De Raad behoudt de belangrijkste principes uit het Commissievoorstel, maar legt extra nadruk op economische concurrentiekracht, rechtvaardige en betaalbare transitie, technologieneutraal en technologische innovatie. Het akkoord wil de administratieve lasten verlagen, investeringen en energiezekerheid versterken, en tegelijk de rol van koolstofverwijdering en natuurlijke koolstofputten realistisch benaderen binnen de klimaatdoelstellingen.
De herzieningsclausule wordt uitgebreid. De Commissie moet bij de evaluatie niet alleen technologische en milieueffecten meenemen, maar ook sociaal-economische gevolgen, zoals de impact op werkgelegenheid. Bovendien kan de Commissie nagaan of lidstaten tot 5% van hun post-2030-doelstellingen mogen halen via hoogwaardige internationale koolstofkredieten.
De Raad voegde een nieuw artikel toe waarmee de invoering van het emissiehandelssysteem voor gebouwen, wegvervoer en bijkomende sectoren (ETS2) wordt uitgesteld tot 2028. Tegelijk blijven de bestaande bepalingen van de ETS-richtlijn (artikel 30k, lid 2) ongewijzigd. De bepalingen rond de Sociale Klimaatfonds-inkomsten blijven gelden vanaf 2026, zodat steun aan kwetsbare huishoudens behouden blijft
In aanloop naar de VN-klimaattop COP30 heeft de EU haar geactualiseerde nationaal bepaalde bijdrage (Nationally Determined Contribution – NDC) ingediend bij het VN-klimaatsecretariaat. De nieuwe NDC bevat een indicatief reductiedoel van 66,25% tot 72,5% tegen 2035, in lijn met het bereikte akkoord over de 2040-doelstelling. Daarmee bevestigt de EU haar engagement voor een rechtvaardige en kostenefficiënte overgang naar klimaatneutraliteit, met nadruk op fossiele-afbouw, hernieuwbare energie, energie-efficiëntie en natuurherstel.
De Belgische delegatie kon zich niet volledig achter het akkoord scharen. Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA) benadrukte dat het akkoord te weinig garanties biedt voor de industrie, waardoor België zich moest onthouden.
Federaal minister van Klimaat Jean-Luc Crucke (Les Engagés) betreurde de “blokkering door Vlaanderen” en noemde de onthouding een stap achteruit voor de geloofwaardigheid van België.
Ook Vlaams minister van Klimaat Melissa Depraetere (Vooruit) sprak van een gemiste kans: “We hebben onszelf buiten spel gezet.”
Sara Matthieu (Groen) verwelkomde het akkoord maar uitte kritiek op de bijkomende flexibiliteiten, die volgens haar “landen met minder ambitie bevoordelen en onzekerheid scheppen voor investeerders.”
Bruno Tobback (Vooruit) noemde de beslissing “een cruciale overwinning voor wie gelooft in de economische toekomst van Europa”, omdat ze duidelijkheid schept voor investeringen.
Wouter Beke (CD&V) had gemengde gevoelens: hij wees op het belang van langetermijnzekerheid voor bedrijven, maar vond dat de tekst te weinig garanties biedt voor koopkracht en landbouw.
Bond Beter Leefmilieu spreekt van “een dubbel gevoel”: de doelstelling blijft overeind, maar volgens Yelter Bollen “is een hoge prijs betaald, zeker met de toevoeging van ETS2 die niets te maken had met de 2040-doelstelling.”
Voka – Vlaams netwerk van ondernemingen vindt dat duurzaamheid en competitiviteit hand in hand moeten gaan. De organisatie waardeert de Belgische onthouding en waarschuwt dat “hogere doelstellingen niet noodzakelijk leiden tot snellere emissiereducties.”
Ook essenscia, de federatie van de chemiesector, waarschuwt dat een te strenge tussentijdse doelstelling meer kwaad dan goed kan doen. De sector benadrukt zijn bestaande vooruitgang en de nood aan realistische, industrieondersteunende beleidskaders.
Europees Parlement wil zijn interne positie afronden vóór de VN-klimaattop COP30 (10–21 november 2025, Belém)
Zodra het Parlement zijn positie vastlegt, begint het Raadsvoorzitterschap de gesprekken om de definitieve tekst van de wetswijziging af te ronden.
COP30 in Belém (Brazilië), 10–21 november 2025
De Europese klimaatwet, in werking sinds juli 2021, legt het wettelijk kader vast voor de transitie naar klimaatneutraliteit tegen 2050. Ze bevat een tussentijdse doelstelling voor 2030 (–55% netto-emissiereductie) en verplicht de Commissie om na de eerste wereldwijde stocktake van het Akkoord van Parijs (december 2023) een voorstel in te dienen voor een intermediaire klimaatdoelstelling voor 2040. Het nieuwe voorstel -COM(2025) 524 final - tegemoet aan deze verplichting en vertaalt de internationale klimaatengagementen van de EU in bindende doelstellingen en instrumenten.
Tijdens de bijzondere Raad Milieu en Klimaat van 18 september 2025 bereikten de ministers geen akkoord over de EU-klimaatdoelstelling voor 2040. Zij vroegen om het dossier te bespreken op de Europese Raad van 23 oktober. Die top nam geen besluit over het ambitieniveau, maar gaf wel politieke richtsnoeren, zodat de milieuministers hun onderhandelingen konden hervatten op 4 november 2025.
Persbericht Raad 5 november 2025: 2040 climate target: Council agrees its position on a 90% emissions reduction
Persbericht Raad 5 november 2025: Paris Agreement: the EU submits its updated NDC with an indicative target for 2035 to the UN ahead of COP30