Werken bij Europa: Wat te verwachten van het EPSO examen?

16 oktober 2018 - door VLEVA team

Is het jouw droom om te werken voor de Europese instellingen? Dan zal je eerst moeten slagen voor de selectieprocedure van het Europees Bureau voor Personeelsselectie (EPSO).

EPSO doet de personeelsselectie voor het vast personeel voor de EU-instellingen (behalve voor de Europese Centrale Bank, de Europese Investeringsbank en het Europees Investeringsfonds). Voor tijdelijk personeel doen de instellingen en agentschappen dit zelf.

Solliciteren bij de Europese instellingen is wat omslachtiger dan gewoon je CV en motivatiebrief insturen. Hoe gaat zo’n selectie in zijn werk? Wij leggen het je uit.

De Europese EPSO examens

Het EPSO examen is een vergelijkend examen. Wie over de hele baan het hoogste scoort, is het meest zeker van een job bij de Europese instellingen.

Digitale testen

Een eerste selectie gebeurt via digitale testen. Daarbij testen ze uw cognitieve vaardigheden op verbaal, numeriek en abstract vlak. Daarnaast kijken ze ook naar uw reactie bij verschillende situaties. Je kan online oefenen op deze testen voor u ze aflegt.

Een tweede test is de online postbakoefening (E-tray). Deze klassieke selectieproef kan u ook online oefenen zodat u perfect weet wat er van u wordt verwacht.

Assessment Center

Schreef u zich in voor EU-examens en geraakte u vlot door de digitale testen? Dan staat u het gevreesde assessment center te wachten. De uitdagingen? Een schriftelijke proef, presentatie, gestructureerd interview en groepsoefening. De rode draad? Tijdsgebrek. Maar gelukkig is er een competentiematrix die u precies vertelt welke vaardigheden in welke proef getest worden.

  • Groepsoefening: Vier observerende juryleden en zes debatterende kandidaten. Dat zijn de recepten van de groepsproef. U krijgt algemene én individuele informatie over een beleidsdossier. De sleutel tot uw succes? Achterhaal tijdens de pauzes wie in uw groep zit, leer ze kennen en onthoud de namen. En tijdens het debat? Werk samen, laat anderen aan het woord en wees niet overdreven assertief. Het draait niet om winnaars en verliezers. Als de groep het goed doet, is dat voor alle deelnemers positief. Denk goed na welke rol u als gegoten zit in groepsgesprekken: leider, timekeeper, rapporteur,… Blijf vooral uzelf. Of u valt zo door de mand.

  • Presentatie: Bij deze test krijgt u opnieuw beleidsdocumenten, deze keer wél op papier. Verwerk de informatie en stel uw presentatie voor aan een jury. Peilen de panelleden naar uw kennis over het onderwerp? Niet hoofdzakelijk. Ze vissen naar de vereiste vaardigheden: naar uw probleemoplossende kracht, mondelinge communicatie en aanpassingsvermogen. Hoe reageert ú op lastige vragen? Agressief, passief of neemt u net initiatief? Bij de voorbereiding zit u met enkele andere gelukkigen samen. Hou het hoofd dus koel en concentreer u op uzelf. En werk snel...

  • Schriftelijke proef of case study: In deze test verwerkt u op heel korte tijd beleids- en achtergrondinformatie in uw tweede taal. Het eindproduct is een coherente samenvatting en enkele beleidsvoorstellen. Studeren is lastig, want u kent het onderwerp niet op voorhand. Maar oefent u het EU-jargon, dan klinken die beleidsteksten alvast minder Chinees of ambtenarees. Ook het lezen op een computerscherm kunt u leren. Want voor u het weet, ziet u ze vliegen. Het belangrijkste advies: start op tijd met schrijven en verlies u niet in details.

  • Gestructureerd interview: Dit gesprek polst naar uw sterktes en zwaktes. Bereid dit interview grondig voor. Lijst voorbeelden en verhalen op als bewijs van uw kwaliteiten. Vraag sterke en relevante verhalen over uw persoonlijkheid, verantwoordelijkheid en leiderskwaliteiten aan uw moeder, lief en collega's. Maar hou het kort en bondig. Want voor u aan de pointe komt, is uw tijd verstreken.