Raad energie: akkoord over herziening Ten-E
- De steun voor nieuwe aardgas- en olieprojecten wordt stop gezet en verplichte duurzaamheidscriteria voor alle projecten in te voeren.
- De Raad besloot bepaalde soorten elektrolytische cellen in het toepassingsgebied van de verordening op te nemen die voor meer duurzaamheid zorgen.
- Ook blijft er steun gaan naar projecten die regio's verbinden die momenteel nog niet aangesloten zijn op de Europese energiemarkten
De Raad kwam eind vorige week tot een akkoord over de herziening van de verordening voor trans-Europese energienetwerken (TEN‑E). Doel van de TEN‑E-verordening is de grensoverschrijdende energie-infrastructuur van de EU te moderniseren, koolstofvrij te maken en te verbinden, om bij te dragen aan de verwezenlijking van een klimaatneutrale EU in 2050. Ook is het de bedoeling marktintegratie, concurrentievermogen en voorzieningszekerheid te blijven waarborgen.
Er zullen 11 prioritaire corridors en 3 prioritaire gebieden worden ontwikkeld en verbonden via projecten van gemeenschappelijk belang, die worden gefinancierd door de Connecting Europe Facility voor 2021‑2027. Verder worden de infrastructuurcategorieën die in aanmerking komen voor steun geactualiseerd, waarbij de nadruk op decarbonisatie ligt en offshore-elektriciteitsnetwerken, waterstofinfrastructuur en slimme energienetten als nieuwe aandachtspunten werden toegevoegd.
In haar standpunt besloot de Raad de steun voor nieuwe aardgas- en olieprojecten stop te zetten en verplichte duurzaamheidscriteria voor alle projecten in te voeren. Gedurende een overgangsperiode – die eindigt op 31 december 2029 – kan voor waterstof bestemde infrastructuur die is omgebouwd vanuit aardgasinfrastructuur worden gebruikt voor transport of opslag van een vooraf bepaald mengsel van waterstof met aardgas of biomethaan. Uit geselecteerde projecten zal blijken hoe deze infrastructuur aan het einde van de overgangsperiode niet langer voor aardgas zal worden gebruikt, maar louter voor waterstof. De keuze zal vallen op kandidaat-projecten waarbij de infrastructuur gericht is op enkel waterstof tegen het einde van de overgangsperiode, zonder verlenging voor aardgas. Doel is deze sector geleidelijk aan koolstofvrij te maken en het aandeel van hernieuwbare gassen in de pijpleidingen te verhogen. De nadruk ligt in dit standpunt op energie uit hernieuwbare bronnen voor alle infrastructuur, waaronder slimme gasnetten.
De Raad besloot bepaalde soorten elektrolytische cellen in het toepassingsgebied van de verordening op te nemen die voor meer duurzaamheid zorgen. De lidstaten kwamen ook overeen de vergunnings- en goedkeuringsprocedures te vereenvoudigen en versnellen. Het standpunt van de Raad zorgt ervoor dat nieuwe projecten in het kader van de herziene verordening blijven voldoen aan de doelstellingen van marktintegratie, concurrentievermogen en voorzieningszekerheid. Ook blijft er steun gaan naar projecten die regio's verbinden die momenteel nog niet aangesloten zijn op de Europese energiemarkten, die bestaande grensoverschrijdende interconnecties versterken en die samenwerking met landen buiten de EU bevorderen.
De tekst van de algemene oriëntatie zal binnenkort beschikbaar zijn.
Bron en meer lezen